Onderste steen Oekraïense luchtruim

 

De Nederlandse regering heeft Rusland aansprakelijk gesteld voor het neerhalen van vlucht MH17 in het oosten van Oekraïne. Tegelijk ontziet Nederland Oekraïne over het opengehouden luchtruim boven oorlogsgebied. Er zou geen "overtuigend juridisch bewijs" zijn voor een succesvolle aansprakelijkheidsstelling. De feiten laten iets anders zien.

Op 17 juli 2014 werd boven Oekraïens oorlogsgebied vlucht MH17 neergehaald. Aan boord van de Maleisische Boeing die uit Amsterdam was vertrokken en op weg was naar Kuala Lumpur. Alle 298 inzittenden kwamen om het leven, onder wie 193 Nederlanders. Nederland en Australië hebben Rusland aansprakelijk gesteld voor de ramp. Dat zou de luchtafweerinstallatie, een Buk-Telar, met bemanning hebben geleverd, waarmee het fatale schot zou zijn gelost. Ook staan sinds maart 2020 drie separatisten terecht in Nederland, een Oekraïner en drie Russen. Zij zouden de Buk-Telar hebben aangevraagd, vervoerd en bewaakt. Het Nederlandse parlement en nabestaandenorganisatie Stichting Vliegramp MH17 hebben het kabinet Rutte herhaaldelijk gevraagd ook Oekraïne ter verantwoording te roepen. De luchtverkeersleiding had het luchtruim boven het oosten van het land gedeeltelijk opengehouden ondanks het feit dat de separatisten daar al zestien toestellen van de Oekraïense luchtmacht hadden neergehaald.

Op aandringen van de Tweede Kamer stelde het kabinet uiteindelijk een ‘feitenonderzoek’ in. Toenmalig minister van Buitenlandse Zaken Stef Blok presenteerde op 5 februari 2021 de uitkomsten van dit onderzoek. Deze bevestigen, volgens hem, dat er “geen voldoende overtuigend juridisch bewijs is voor een succesvolle aansprakelijkstelling van Oekraïne voor het niet volledig sluiten van het luchtruim”. Blok wijst daarbij op de conclusie van het rapport dat er “onvoldoende feiten zijn vastgesteld die erop duiden dat de Oekraïense autoriteiten die destijds verantwoordelijk waren voor de veiligheid van de burgerluchtvaart boven het oosten van Oekraïne zich bewust waren van een bedreiging voor de burgerluchtvaart boven dat deel van het luchtruim dat al was gesloten of zich daar bewust van hadden kunnen zijn.”


Het is onduidelijk wat de instantie die het onderzoek heeft uitgevoerd, de Amerikaanse Flight Safety Foundation, bedoelt met “onvoldoende feiten”. De feiten die de onderzoekers noemen, liegen er niet om. Zo memoreren zij dat de Oekraïense geheime dienst SBU meteen na de ramp tal van afgeluisterde gesprekken van de rebellen publiceerde waarin op 16 en 17 juli gesproken wordt over de aanvoer van een Buk-installatie op 17 juli. Een ander feit dat in het rapport wordt genoemd: plaatsvervangend SBU-hoofd Vitaly Naida verklaarde tijdens een persconferentie van 19 juli 2014 in Kiev dat drie Russische Buk-installaties Oekraïne waren binnengedrongen voor de 17e. Het eerste bericht daarover had de SBU bereikt op 14 juli. Ook melden de onderzoekers het neerschieten van een militair transportvliegtuig, een Antonov van het type An-26, drie dagen voor de ramp met MH17. Volgens de Oekraïense autoriteiten was het neergehaald op grote hoogte: 6,5 kilometer. Het vliegtuig zou daarmee buiten het bereik hebben gevlogen van het draagbare luchtafweergeschut waarmee de separatisten tot dan toe hadden geschoten. Er was gebruik gemaakt van een veel krachtiger systeem, en dat kon niet anders dan uit Rusland afkomstig zijn.


Een vierde feit dat de Flight Safety Foundation noemt in zijn rapport: de separatisten hadden op 29 juni 2014 een Buk-installatie buitgemaakt op de Oekraïense luchtverdediging in Donetsk. De Oekraïense autoriteiten verklaarden in de media dat dit systeem niet operationeel was. Dit werd later bevestigd in een rapport van de Nederlandse Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD) van 21 september 2016, vertelde de Rechtbank Den Haag tijdens de zitting van 9 juni 2021 van het MH17-strafproces. Echter, hoe zeker was Kiev ervan dat de rebellen niet in staat zouden zijn de Telar aan de praat te krijgen? En kan het zijn dat de rebellen meer dan één Telar buit hadden gemaakt? De defecte Oekraïense installatie uit Donetsk was gerepareerd door Russische elektriciens, verklaarde de Russische nationalist Sergei Kurginyan in een lezing die op 13 juli 2014 verscheen op zijn YouTube-kanaal. Kurginyan had kort daarvoor een werkbezoek van een paar weken gebracht aan Donbass om zijn steun te betuigen aan de separatisten.


Er zijn bovendien essentiële feiten die ontbreken in het rapport van de Flight Safety Foundation. Zo is er de persconferentie in de middag van 17 juli 2014 waarin woordvoerder Andrej Lysenko van de Oekraïense Nationale Veiligheidsdienst meldde dat er “raketsystemen” de grens waren overgebracht die vliegtuigen konden neerhalen op grote hoogte en dat er een video was opgedoken van een Buk-installatie in Luhansk. Hij zei dit op een moment dat hij nog niet wist dat MH17 net was neergehaald. De verklaring van Lysenko werd even later bevestigd door adviseur Anton Gerashchenko van het Oekraïense ministerie van Binnenlandse Zaken. Die zei ’s avonds in een televisie-interview dat de Oekraïense autoriteiten ’s ochtends al wisten dat de separatisten in het bezit waren van een Buk-installatie en dat deze zich bevond in Snizhne, op schootsafstand dus van de burgerluchtvaart. Toch ondernam Oekraïne niets. Waarom niet? Waarom sloot Oekraïne het luchtruim niet? Of waarom stuurde het geen gevechtsvliegtuig om de Buk-Telar uit te schakelen?


Wat de Flight Safety Foundation ook niet meldt, is dat er niet alleen tapgesprekken bekend zijn over de aanvoer van een Buk-Telar in de nacht van 16 op 17 juli. Het Nederlandse Openbaar Ministerie meldde op de zitting van 9 maart 2020 van het MH17-proces dat er in de dagen voor de ramp gesprekken gevoerd zijn waaruit blijkt dat de separatisten meermaals Buk-systemen niet geleverd kregen vanuit Rusland die ze wel verwacht hadden. Ook zou er voor 17 juli een Russische Buk-Telar in brand zijn gevlogen en onklaar zijn gemaakt voordat deze kon worden ingezet. Het Openbaar Ministerie vertelde er niet bij wie de Telar onklaar had gemaakt. Maar dat laat zich raden: de Oekraïense krijgsmacht, die dus moet hebben geweten dat de rebellen bezig waren zwaar luchtafweerschut in stelling te brengen. Het Openbaar Ministerie vermoedt overigens dat de bewuste Telar onderwerp van gesprek was in een onderschept telefoongesprek van 14 juli 2014, waarin een rebel met de nom de guerre Orion meldde een Buk te hebben waarmee vliegtuigen konden worden beschoten.


Verder waren er nog de opzienbarende interviews met kolonel Oleg Zakharchuk, adjunct-bevelhebber van de Oekraïense luchtmacht. In juni 2015 verklaarde hij in het Amerikaanse weekblad Newsweek dat in juni 2014 zijn mannen drie Russische Buk-installaties hadden gespot in het oosten van Oekraïne: nabij Donetsk, in Torez en ten noorden van Novozovsk. Oekraïense gevechtsvliegtuigen zijn uitgerust met een radardetectie-systeem legde hij uit. Als die radaractiviteit opvangen van een Buk-installatie, dan krijgt de piloot een waarschuwing te zien. In dezelfde maand verscheen een uitgebreid interview met Zakharchuk in de Russische oppositiekrant Novaya Gazeta. Ook daarin zegt hij dat zijn piloten “voortdurend” radaractiviteit hadden gemeten. Er zouden “luchtafweerinstallaties” opgesteld hebben gestaan in de omgeving van Torez, Yenakiieve en Mospin. Hij zei er echter niet bij in welke periode dat was geweest”. Hij zei wel: “Kort voor 17 juli heeft een piloot van een MiG-29 de Buk met eigen ogen gezien. De piloot maakte een anti-raket-manoeuvre en ontsnapte aan de afgevuurde raket. Kort daarna werd de Boeing neergeschoten.”


Verder wordt in het rapport van de Flight Safety Foundation nergens ingegaan op de gevaren voor de burgerluchtvaart vanwege verstoringen van navigatieapparatuur waar passagierstoestellen mee kampten die over het gebied vlogen. De verstoring van GPS-gegevens was een bekend fenomeen in het luchtruim boven Oekraïne. De bemanning van MH17 was ervoor gewaarschuwd door Malaysian Airlines, blijkt uit een document dat is opgenomen in het rapport van de Onderzoekraad voor Veiligheid. De verstoringen werden mogelijk veroorzaakt door de Russische krijgsmacht. Die probeerde hiermee vijandelijke drones in de war te brengen langs de Krim en mogelijk ook aan de Russische grens ter hoogte van het conflictgebied in Donbass. De verstoringen van het GPS-signaal zijn kennelijk voor de Oekraïense luchtverkeersleiding geen reden geweest het luchtruim te sluiten, maar ook niet voor Malaysian Airlines om het gebied te mijden, of voor de Europese luchtverkeersleiding Eurocontrol om een waarschuwing af te geven.


Al helemaal ontbrekend in het rapport van de Flight Safety Foundation, maar eigenlijk ook schitterend door afwezigheid in het rapport van de OvV, is het feit dat het conflictgebied omgeven was door Oekraïense Buk-Telars, zoals is gebleken uit een document van de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD) dat gepubliceerd werd door website Bonanza Media, en waarvan de echtheid werd bevestigd door het Nederlandse Openbaar Ministerie. Vormden die dan geen gevaar voor de burgerluchtvaart? Zoals gezegd: de Telars stonden daar omdat gevreesd werd voor een Russische invasie. Kiev en Moskou hadden elkaar over en weer al diverse malen beschuldigd van luchtruimschendingen en grensbeschietingen. Zo zou een Russisch gevechtsvliegtuig verantwoordelijk zijn voor het neerhalen van een Oekraïense Su-25 op 16 juli, op een hoogte van 6,2 kilometer. Als een Oekraïense Buk-Telar een Russisch gevechtsvliegtuig in het vizier had gekregen die het Oekraïense luchtruim schond, zou die dan niet hebben geschoten? En zou dan ook de burgerluchtvaart niet in gevaar zijn gebracht?


In het rapport van de Flight Safety Foundation niets hierover, en al helemaal niets over de vraag of Oekraïne het luchtruim gedeeltelijk openhield om gevechtsvliegtuigen de mogelijkheid te bieden passagiersvliegtuigen te gebruiken als menselijk schild. De Oekraïense luchtmacht zou hier een handje van hebben gehad. Ze voerden bombardementen uit steeds als er passagiersvliegtuigen passeerden. 'Voldoende aanwijzingen' hiervoor zouden zich in het strafdossier bevinden van de vier mannen die in Nederland terecht staan wegens indirecte betrokkenheid bij de MH17-ramp, zeiden de advocaten van Oleg Pulatov, één van de vier verdachten, tijdens de rechtszitting van 22 juni 2020 . Een maand voor de ramp had nota bene een separatiste uit de stad Sloviansk, genaamd Elena Kolenkina, gewaarschuwd dat het op deze manier al een keer bijna was misgegaan. “Er deed zich onlangs een incident voor,” zei ze. “Een passagiersvliegtuig vloog voorbij en een Oekraïens gevechtsvliegtuig verstopte zich erachter. Toen ging het op een iets lagere hoogte vliegen en liet bommen vallen op een woonwijk in de stad Semenivka. Daarna steeg het weer op en verstopte zich opnieuw achter het passagiersvliegtuig en verdween.” De militie zou geprovoceerd zijn om op het passagiersvliegtuig te schieten. “Dit zou een catastrofe van wereldformaat hebben veroorzaakt. Burgers zouden zijn gestorven. Dan zouden ze zeggen dat terroristen het hadden gedaan. Maar er zijn hier geen terroristen. Alleen gewone mensen die opkomen voor de verdediging van hun stad.” De video waarin Kolenkina haar boodschap had vervat was viraal gegaan op de sociale media. De video staat ook nog steeds online, compleet met Engelse ondertiteling. Dit kon de Flight Safety Foundation toch niet zijn ontgaan?


Door de reisbeperkingen vanwege het coronavirus konden de onderzoekers niet afreizen naar Oekraïne, zo melden ze in het rapport. Op hun aanbod de interviews te doen via teleconferenties werd van Oekraïense zijde negatief gereageerd. Alle vragen van de onderzoekers zijn uiteindelijk afgehandeld via vragenlijsten die heen en weer werden gestuurd. Ook zeggen de onderzoekers dat ze niet weten of hun vragen wel beantwoord zijn door “mensen met kennis van de besluitvormingsprocessen en praktijken die gehanteerd werden voorafgaand aan het neerhalen van vlucht MH17”. Het onderzoek werd uitgevoerd zes jaar na dato. “Belangrijke medewerkers en besluitvormers die in 2014 op hun post zaten, zouden daar nu niet meer kunnen zijn.”


Met andere woorden, het rapport van de Flight Safety Foundation is mosterd na de maaltijd. Het voegt niets toe aan wat al bekend was door het onderzoek van de OvV over de manier waarop Kiev met het luchtruim was omgesprongen - en ook ontbreken essentiële feiten. Niettemin heeft toenmalig minister Blok het rapport aangegrepen om de Tweede Kamer ervan te overtuigen dat het kabinet terecht geen juridische stappen heeft ondernomen tegen Oekraïne. Het is bovendien veelzeggend dat – in een reactie op een vraag van de auteur van dit artikel – nu ook het OM verwijst naar het Amerikaanse rapport om te rechtvaardigen dat ze nooit strafrechtelijk onderzoek heeft gedaan naar de verantwoordelijken voor het openhouden van het Oekraïense luchtruim. Zelfs de advocaten van het Rechtsbijstandsteam zwaaien er thans mee om hun cliënten, de Nederlandse nabestaanden, ervan te overtuigen dat het geen zin heeft een procedure te starten tegen Oekraïne bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens – zoals de auteur van dit artikel is gebleken toen hij hierover advocaat Peter Langstraat interviewde.


De Tweede Kamerleden Raymond de Roon van de PVV en Hilde Palland van het CDA beklaagden zich op juni 2021 over de kwaliteit van het rapport, en dan met name over het feit dat alle onderzoeksvragen schriftelijk waren beantwoord en niet duidelijk was door wie. De opvolgster van minister Blok op Buitenlandse Zaken, Sigrid Kaag,

zei begrip te hebben voor de kritiek. Ze beloofde de mogelijkheid te verkennen van een vervolgonderzoek naar de besluitvorming rond het Oekraïense luchtruim. In een brief die ze in juli naar de Kamer stuurde, schreef ze dat ze de OvV en de Flight Safety Foundation had benaderd met de vraag of een aanvullend onderzoek meer feitelijke informatie

kon opleveren – en zo ja, of ze bereid waren dit onderzoek ter hand te nemen. Het antwoord was ontkennend, liet Kaags opvolger, Ben Knapen, weten per brief. Knapen bood aan om eventuele vragen die de parlementariërs nog hadden voor Oekraïne via diplomatieke kanalen voor te leggen.

Overigens deed Kaag een opmerkelijke uitspraak in de Kamer tijdens haar debat met De Roon en Palland. “Rusland had het neerhalen van MH17 kunnen voorkomen door het eigen luchtruim grenzend aan het oosten van Oekraïne te sluiten voor burgerluchtvaart,” zei ze. Rusland trof nu dus dubbele blaam. Niet alleen had het land de fatale raket afgevuurd; het had bovendien het luchtruim opengelaten boven het gebied waar burgertoestellen vanuit het oosten van Oekraïne de grens met Rusland overstaken. Over de betrokkenheid van Kiev bij de besluitvorming over het Oekraïense luchtruim zweeg Kaag in alle talen.

Het verhaal over het Oekraïense luchtruim heeft nog een onverwachte wending gekregen. Waar het kabinet tegen de Tweede Kamer heeft gezegd dat het geen juridische aanknopingspunten ziet om Oekraïne aansprakelijk te stellen, blijkt het kabinet tegen de nabestaanden iets anders te hebben gezegd. Op 5 april 2017 gaf het de nabestaanden te verstaan dat het terugdeinst voor juridische stappen tegen Oekraïne om de samenwerking met dat land in het JIT niet in gevaar te brengen. Dit blijkt uit een verslag van een bijeenkomst met het kabinet, dat het bestuur van nabestaandenorganisatie stichting Vliegramp MH17 heeft gestuurd naar zijn achterban. “In het gesprek hebben wij de aansprakelijkheid van Oekraïne aan de orde gesteld,” schrijft het bestuur. “Het kabinet heeft aangegeven, dat in dit stadium de individuele strafrechtelijke aansprakelijkheid (lees: opsporen, vervolgen en berechten van de daders van de aanslag) voorop staat. Staten aansprakelijk stellen door het Nederlandse kabinet zou in deze fase mogelijk contraproductief kunnen werken (samenwerking binnen het JIT).” In het verslag staat niet waarom het kabinet repercussies vreesde. Het kabinet heeft de Tweede Kamer hier nooit over geïnformeerd.

Onbekend is ook of het kabinet de samenwerking met Oekraïne in het JIT nog steeds nodig acht. Na ruim zeven jaar speurwerk lijkt de kans verkeken op de identificatie van degenen die ‘op de knop’ hebben gedrukt en de verantwoordelijken in de bevelslijn. De vier mannen die sinds maart 2020 terecht staan bij de Rechtbank Den Haag, drie Russen en Oekraïner, worden alleen verdacht van het bestellen, vervoeren en bewaken van een Buk-installatie, niet van het afschieten ervan of het geven van bevelen aan de bemanning van het luchtafweergeschut.

Naast het kabinet heeft ook het Openbaar Ministerie ervoor gekozen de verantwoordelijken voor het Oekraïense luchtruim ongemoeid te laten. Advocaat Boudewijn Van Eijck, die Olav Pulatov verdedigt, één van de vier verdachten van de MH17-strafzaak, merkte op de eerste dag van het proces op dat uit het strafdossier van zijn cliënt blijkt dat geen van de twaalf Oekraïense luchtverkeersleiders die door JIT zijn geïnterviewd, gevraagd is wat de redenen waren om het luchtruim gedeeltelijk open te houden. “Deze beslissing leidt ertoe dat we niet kunnen bepalen of de personen die in Oekraïne beslissingen hebben genomen met betrekking tot het luchtruim strafrechtelijk kunnen worden vervolgd in Nederland,” concludeerde Van Eijck. Hij vroeg zich daarop af welke rol Oekraïne, als lid van het JIT, had gespeeld bij de beslissing om geen strafrechtelijk onderzoek in te stellen naar het openhouden van het luchtruim. En hij herinnerde eraan dat deze vraag al eerder in de Tweede Kamer is gesteld en dat deze nog steeds is onbeantwoord.

Bestaat er een stilzwijgende afspraak tussen de landen? Heeft Oekraïne Nederland geholpen aan bewijsmateriaal tegen Rusland en de separatisten in ruil voor juridische onschendbaarheid? Zeker is dat Oekraïne voorwaarden heeft verbonden aan de samenwerking met Nederland. De toenmalige Oekraïense president Poroshenko liet in oktober 2016, tijdens zijn bezoek aan Nederland, doorschemeren dat het een “gevaarlijk precedent” zou scheppen als Nederland het associatieakkoord van de EU met Oekraïne niet zou ratificeren. Hij noemde in dit verband MH17. Ondanks het duidelijke ‘nee’ van degenen die hun stem uitbrachten tijdens het referendum van 2016 over het associatieakkoord, tekende premier Mark Rutte bij het kruisje. Dit gebeurde in juni 2017. Nog geen maand later volgde de beloning. In juli 2017 droeg Oekraïne de rechtsmacht voor de strafrechtelijke vervolging en berechting in de MH17-zaak over aan Nederland.


Een aantal Nederlandse nabestaanden van slachtoffers van de MH17-ramp voert sinds november 2018 een zaak tegen Rusland bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM). Zij beschuldigen Rusland van het neerhalen van MH17. Ook eisen zij een schadevergoeding. De nabestaanden laten zich in deze zaak vertegenwoordigen door de Amerikaanse advocaat Jerry Skinner. Tegelijk voeren Duitse nabestaanden een zaak tegen Oekraïne bij datzelfde EHRM vanwege het opengehouden luchtruim in Oekraïne. Zij laten zich hierbij vertegenwoordigen door de Duitse advocaat en hoogleraar luchtvaartrecht Elmar Giemulla. Uit een document van Stichting Vliegramp MH17 van september 2017 blijkt dat het RBT, toen nog Kernteam geheten, een bijeenkomst heeft georganiseerd voor de nabestaanden met Giemulla en Skinner. De Duitse en Amerikaanse advocaat werden hierbij in de gelegenheid gesteld een oproep te doen aan de nabestaanden om zich aan te sluiten bij de zaken die zij toen al hadden lopen bij het EHRM. Het RBT adviseerde de nabestaanden wel in zee te gaan met Skinner en niet met Giemulla. Hiervoor gaf het RBT in een brief van 21 maart 2018 dezelfde reden als die het kabinet gegeven heeft aan de nabestaanden: “Oekraïne is één van de partners in het JIT en we willen op dit moment primair maximale druk op Rusland uitoefenen.” Kennelijk is dit iets wat de nabestaanden wel mochten weten, maar de pers en de Tweede Kamer niet, want het kabinet en RBT hebben de vrees Kiev voor het hoofd te storen nooit publiek gemaakt.

Nederlandse nabestaanden die bij het EHRM procederen tegen Rusland hebben bovendien een no cure, no pay-overeenkomst gesloten met  advocaten van het RBT, blijkt uit een ander document van Stichting Vliegramp MH17. Anderen krijgen de proceskosten vergoed via de Raad voor de Rechtsbijstand van het Ministerie van Justitie en Veiligheid. Als het EHRM de zaak tegen Rusland niet-ontvankelijk verklaart of als de Nederlandse nabestaanden de zaak verliezen, dan lijden zij dus geen enkele financiële schade. Advocaten van het RBT heeft geen no cure, no pay-overeenkomst aangeboden aan hun cliënten voor de zaak bij het EHRM tegen Oekraïne.


Uit alles blijkt: kabinet, OM en nabestaanden trekken één lijn. Zij richten alle pijlen op Rusland. Oekraïne laten zij volledig ongemoeid.



Waardeerde u dit artikel? Donaties zijn van harte welkom. Of bestel mijn boek MH17, de Onderste Steen:


ericvandebeek.nl/doneer


ericvandebeek.nl/MH17